Duik in de economie - Het succesvolle jaar van de ECB

De ECB laat de depositorente vanmiddag hoogstwaarschijnlijk op 2% en rondt een stabiel jaar af waarin inflatie terugging naar 2%. Het debat zal vooral gaan over welke richting een volgende renteverandering zal hebben nu inflatieverwachtingen wat onder de 2% liggen.

Vandaag komt de ECB voor de laatste keer dit jaar bij elkaar om een rentebesluit te nemen. Dat lijkt geen moeilijk besluit te worden, algemeen wordt aangenomen dat de ECB de depositorente op 2% zal laten staan. Daarmee rondt de ECB een stabiel jaar af qua monetair beleid waarin het de inflatie in de eurozone succesvol terug naar 2% bracht (vooruit: 2,1% in november) en de rente terug op neutraal terrein heeft gekregen. Dat kan je van menig andere grote centrale bank nog niet zeggen. Daarnaast heeft de ECB ook de obligatieportefeuille verder afgebouwd dit jaar en is de financiële stabiliteit ondanks alle grote wereldwijde veranderingen op geopolitiek gebied en de politieke zorgen in Frankrijk niet in het geding geweest. Centraal bankieren is na een aantal roerige jaren weer saai, en dat zal in Frankfurt positief ervaren worden.

In Nederland blijft de inflatie nog steeds hoger dan gemiddeld. Als we een vergelijkbare Europese definitie gebruiken, dan is de Nederlandse inflatie 2,6%. Dat is 0,5 procentpunt hoger dan gemiddeld in de eurozone. De lagere ECB-rente helpt daar niet bij mee, maar aan de andere kant is de kapitaalmarktrente juist verder gestegen dit jaar. De rente op Nederlandse 10-jaarsstaatsobligaties is van 2,6% aan het begin van het jaar naar 3% op het moment van schrijven gestegen, waarmee financieren voor de langere termijn juist onaantrekkelijker geworden is in de loop van het jaar. Dat remt de groei van de kredietverlening.

Het dempende effect van de hogere 10-jaarsrente speelt al het hele jaar, met daarbinnen enkele uitschieters. De Duitse aankondiging om de schuldenrem los te laten zorgde voor een belangrijke uitschieter, maar ook recent loopt de 10-jaarsrente weer verder op. Zo blijven economische cijfers over de eurozone economie redelijk positief in de afgelopen weken, wat suggereert dat het groeitempo redelijk blijft. Daarnaast komt de hogere langetermijnrente vooral door verwachtingen voor 2026. Onder beleggers is de verwachting toegenomen dat de volgende renteaanpassing van de ECB een renteverhoging wordt. ECB-bestuurder Isabel Schnabel gaf eerder deze maand aan dat zij comfortabel is met die verwachting.

En dat maakt de ECB-vergadering van vandaag toch spannend. Want uit de notulen van de vergadering in oktober bleek dat er nog steeds zorgen waren over mogelijk lage inflatie. Inderdaad, de sterke euro, dalende energieprijzen en toegenomen concurrentie uit China zetten importprijzen onder druk. En ook de loongroei neemt verder af, wat de binnenlandse prijsgroei verder kan doen dalen. Voor de komende jaren verwacht de ECB daarom dat inflatie wat onder de 2% kan liggen. Als de voorspellingen die vandaag gedeeld worden dat beeld bevestigen, dan zal het debat over een toekomstig rentebesluit interessant worden, want dat zou eerder duiden op de mogelijkheid van een renteverlaging.

Zo eindigt de ECB een succesvol jaar met twijfel over volgende stappen. Maar het heeft de luxe om daadwerkelijke lastige besluiten nog even uit te stellen, en kan de feestdagen in met enige trots over het onder controle krijgen van de inflatiepiek. Volgend jaar kan het dan weer fris inspelen op een ongetwijfeld weer veranderlijke wereld.